Onder de oude eikenbomen langs de grens met Graafschap Bentheim (tussen grenspaal 97 en 99) ligt de buurtschap Bruinehaar.
In oude documenten werd deze plaats "Broune Haer" en later "De Boerschap Bruyne Haer" genoemd. Het behoorde tot de Heerlijkheid van de Graaf van Almelo.
De Bruinehaar vormt geografisch een geheel met de Striepe, dat in de Graafschap Bentheim ligt.
Het is een esker, die in de Middeleeuwen als een streepje boven het hoogveen uitstak.
Na de ontginning door de monniken van het klooster in Sibculo werd de heide van Bruinehaar gebruikt om schapen te weiden.
Op de brink werd destijds een schooltje gesticht voor Nederlandse en Duitse kinderen.
Meester Schooten, die in 1850 "Erve de Meester" heeft gebouwd, was hier het schoolhoofd.
De laatste niet-ontgonnen delen van het hoogveen vormen nu het natuurreservaat "De Engbertsdijksvenen".
Hier kunt u nu op uitgezette wandelroutes wandelen en fietsen (gedoogd).
Het landgoed op de esker is een coulissenlandschap, waar u zowel aan de Nederlandse als aan de Duitse kant vrij mag wandelen.
Een esker is een verhoging in het landschap, ontstaan doordat een smeltende gletsjer – ruim 100.000 jaar geleden – het meegevoerde zand, stenen en slib als een heuvel afzette.
Bij ons bevindt zich een heuvel bij Langeveen, met aansluitend een rug bij ons.
Op deze rug is nu Bruinehaar gebouwd.
In de vroege Middeleeuwen stak de heuvel als een eilandje boven het omringende hoogveen uit.